Wat begon als een verbijsterende en verdrietige ervaring bij het gemeentehuis, eindigde in een wetswijziging. Ouders kunnen – als zij dat willen – sinds 4 februari 2019 hun levenloos geboren zoon of dochter laten opnemen in de Basisregistratie Personen (BRP). Zodat ook deze kinderen officieel bestaan. Een gesprek met drie initiatiefnemers die dit voor elkaar wisten te krijgen.

Initiatiefnemers
Natasja Geyteman-Bos is financieel adviseur en de grondlegger van deze wetswijziging. Zij beviel in 2007 van dochter Jolie, die overleden was in haar buik na een zwangerschap van 41 weken.
Jeannette Rietberg is oprichter en voorzitter van het bestuur bij Stille Levens - Kenniscentrum Babysterfte. Zij schreef samen met gynaecoloog Maria Pel het boek Altijd een kind te kort. In 2000 overleed haar zoontje Carel, 5 dagen na zijn geboorte.
Mieke Maliepaard is socioloog en werkt bij het ministerie van Justitie en Veiligheid. Haar dochter Fien kwam in 2013 na 35 weken zwangerschap levenloos ter wereld.
Dochter Jolie heeft haar eigen plek in het gezin van Natasja Geyteman-Bos: ‘Als mensen ernaar vragen, vertel ik altijd dat ik drie kinderen heb.’ Maar tot voor kort was Jolie in tegenstelling tot haar andere twee kinderen niet vindbaar in de systemen van de overheid, want het meisje kwam na een voldragen zwangerschap levenloos ter wereld. Daar kwam Geyteman-Bos in 2009 achter op het gemeentehuis toen ze een paspoort voor haar tweede kind wilde aanvragen.
De partner van Mieke Maliepaard verging het niet heel anders: ‘De mevrouw achter de balie van het gemeentehuis zei “O, maar dat telt niet” toen onze levenloos geboren dochter Fien ter sprake kwam, omdat mijn vriend onze tweede – die op komst was – wilde erkennen.’
Aangifte van de dood, niet van de geboorte
Geyteman-Bos en Maliepaard ontdekten dat de wet ouders weliswaar verplichtte om aangifte te doen van een levenloos geboren kindje na een zwangerschap van tenminste 24 weken, maar dat die gegevens niet verwerkt werden in de BRP. Wel kregen de ouders een 'akte van levenloos geboren kind' – dus geen geboorteakte – mee naar huis, maar hun kind verscheen niet in de systemen van de overheid. Wie bijvoorbeeld inlogde bij MijnOverheid.nl, zag zijn kind daar niet terug. ‘Ik was boos en verdrietig’, vertelt Maliepaard. Ook Geyteman-Bos vond het een ontkenning van het bestaan van haar dochter: ‘In feite hadden we alleen aangifte gedaan van de dood. En niet van de geboorte – die werd gewoon ontkend. Nooit geregistreerd. Maar wie ligt er dan begraven? Van wie ben ik bevallen? Ik vond het zó krom.’
Om dit onrecht onder de aandacht te brengen, maakte Geyteman-Bos een pagina voor lotgenoten aan op Facebook. En startte ze een petitie, maar die strandde: te impulsief gestart en niet goed voorbereid. Pas toen begin 2015 zich weer een aantal ouders meldden, durfde Geyteman-Bos een nieuwe poging aan. Deze keer met meer succes. Inmiddels hadden Jeannette Rietberg en Mieke Maliepaard zich aan haar initiatief verbonden. Met zijn drieën bewandelden zij het politieke pad. Ineens ging het hard. Maliepaard: ‘Journaliste Roos Schlikker pakte het onderwerp op en schreef er twee columns over in het Parool naar aanleiding van haar eigen ervaring. Haar dochter Liv was in haar buik gestorven, halverwege de zwangerschap.’ Rietberg: ‘De columns waren een enorme impuls. Tegelijkertijd verscheen een post op Facebook van lotgenote Beppie van der Vaart, waarin zij aandacht vroeg voor het initiatief. De post werd 28.000 keer gedeeld.’ Alles viel op het juiste moment samen’, beaamt Geyteman-Bos.
Petitie 'Ik wil ook in de BRP'
Dankzij alle media-aandacht ondertekenden maar liefst 82.000 mensen de petitie 'Ik wil ook in de BRP'. Dat waren er genoeg om de aandacht te trekken in Den Haag. Wat daarbij ook hielp was dat Rietberg werd benaderd door het ministerie van Binnenlandse Zaken en dat Schlikker tegelijkertijd op de voorpagina van het Parool op een gesprek met de minister aandrong. En met succes. Want op 4 april 2016 volgde een eerste gesprek met de toenmalige ministers Plasterk (Binnenlandse Zaken) en Van der Steur (Veiligheid en Justitie). Vanwege administratief-technische problemen zagen beide ministers in eerste instantie niet veel in een aanpassing van de BRP. Rietberg: ‘Ze waren meelevend, maar ja, Operatie BRP was al een hoofdpijndossier voor de overheid. En daar kwamen wij met ons verzoek nog eens bovenop.’
De vrouwen besloten om de druk op de ketel te houden. Ze bleven erop hameren dat het op zijn minst opmerkelijk was dat de wet onderscheid maakte tussen baby’s die voor of na de geboorte doodgingen. ‘Een kindje dat levend werd geboren, maar kort daarna stierf, kreeg wél een plek in de BRP. Zoals mijn zoon Carel, die na 5 dagen overleed. Maar levenloos geboren kinderen niet. Dat valt toch niet te rijmen?’, aldus Rietberg. Geyteman-Bos: ‘Precies dat was de insteek van mijn petitie.’
BRP aangepast
Om de registratie van levenloos geboren kinderen mogelijk te maken, is de Basisregistratie Personen aangepast. Hiervoor heeft de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens het Logisch Ontwerp aangepast. Dit houdt in dat de nodige technische aanpassingen zijn doorgevoerd in de BRP.
Meer informatie over de registratie van levenloos geboren kinderen vindt u op RvIG.nl en Rijksoverheid.nl.
Stevige lobby op gang gebracht
Daarom voerden Maliepaard, Geyteman-Bos en Rietberg gesprekken met talloze Kamerleden, waaronder Vera Bergkamp (D66), in wie ze een warm pleitbezorgster vonden en die verschillende Kamervragen stelde. ‘Fantástisch dat dat kan in onze democratie’, vindt Maliepaard. Ook gingen ze uitgebreid om tafel met een groep ambtenaren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, om mogelijke oplossingen te verkennen. Tegelijkertijd schakelden ze hun netwerk in. Gynaecologen, hoogleraren, de ombudsman van Amsterdam. Hun hardnekkigheid werd beloond. De ministers gingen in september 2016 akkoord met een wetswijziging van de BRP, de minsterraad volgde in juli 2017. De Tweede Kamer stemde in oktober 2018 unaniem voor, net als de Eerste Kamer twee maanden later. Bij het debat in de Tweede Kamer zaten de drie vrouwen op de publieke tribune. Met kippenvel en tranen.
De wetswijziging treedt met terugwerkende kracht in werking. Dat betekent dat ook ouders die jaren geleden een kindje verloren, nu alsnog naar het gemeentehuis kunnen om hun zoon of dochter in de BRP te laten registreren. De wetgever heeft bewust ervoor gekozen om de aangifte niet afhankelijk te maken van de duur van de zwangerschap. In de eerste 4 dagen maakten de ouders van meer dan 850 levenloos geboren kinderen gebruik van deze gelegenheid.
Hoe kijken de vrouwen terug op hun succes? ‘De dankbaarheid van zo veel mensen is overweldigend en hartverwarmend’, aldus Rietberg. Geyteman-Bos: ‘Wij wilden beslist niet als zielige moeders worden weggezet. Het ging ons echt om het rechtzetten van iets wat verkeerd was. We zijn super trots dat ons dat gelukt is.’ Dat gevoel herkent Maliepaard. ‘Daarnaast ben ik enorm blij dat ons gezin – en dat van vele anderen – nu ook op papier compleet is.’