De ontwikkeling van de kwaliteit van de Basisregistratie Personen (BRP) is een continu proces. De Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA) is dan ook voortdurend op zoek naar maatschappelijke fenomenen die tot foute adresgegevens kunnen leiden. Door zo’n fenomeen te identificeren kunnen we nieuwe risicosignalen ontwikkelen.

Daarnaast kan samenwerking met verschillende (lokale) partijen en initiatieven leiden tot de ontwikkeling van nieuwe risicosignalen. Zo bundelen onder meer gemeenten, afnemers van de BRP en de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) hun krachten bij hun zoektocht naar mogelijkheden om de adreskwaliteit van de BRP te verbeteren.

Er is veel onderzoek nodig om vast te stellen of een fenomeen kansrijk is voor het ontwikkelen van risicosignalen. Alleen in dat geval vinden er proeven en pilots plaats en worden signalen landelijk beschikbaar gesteld. Gemeenten worden niet zomaar met een signaal op pad gestuurd voor adresonderzoek. Er moet een gegronde reden van twijfel zijn over de juistheid van een adres. Bovendien moet er een relatief hoge trefkans zijn. Verder moet het toezicht van en de handhaving door de gemeente voor burgers duidelijk en voorspelbaar zijn: zij moeten (kunnen) weten wie wanneer welke gegevens waarvoor verwerkt. Het signaal wordt daarom ook getoetst aan wet- en regelgeving op het gebied van privacy en informatieveiligheid.

Verkenning onrechtmatige bewoning in de sociale sector

Een krantenkop uit NRC over adresfraude

Samen met de gemeenten Amsterdam, Haarlem en Rotterdam en drie lokale woningcorporaties verkent LAA de relatie tussen onrechtmatige bewoning in de sociale sector en opmerkelijke verhuisbewegingen in de BRP. Daarbij onderzoeken we de mogelijkheden voor de ontwikkeling van een risicosignaal dat bijdraagt aan de verbetering van de kwaliteit van de BRP. Dit signaal kan woningcorporaties bovendien helpen bij het datagedreven signaleren van onrechtmatige bewoning.

Woningmarkt

De directe aanleiding voor deze verkenning is de krapte op de woningmarkt. Lokale samenwerkingen tussen gemeenten en woningcorporaties tonen aan dat er een verband bestaat tussen onrechtmatige bewoning en de kwaliteit van de adressen in de BRP. Uit gesprekken met gemeenten en woningcorporaties blijkt dat onrechtmatige bewoning in de sociale sector een grote impact heeft op de doorstroming op de woningmarkt en daarmee ook op een rechtvaardige verdeling van de schaarse woningvoorraad.

Een krantenkop over adresfraude

Onderzoek

  • We onderzoeken op dit moment of er in de BRP patronen zijn te ontdekken naar aanleiding van casuïstiek van gemeenten en woningcorporaties.
  • We onderzoeken de juridische mogelijkheden voor samenwerking met woningcorporaties.
  • We onderzoeken welke data nodig zijn voor de ontwikkeling van een risicosignaal op onrechtmatige bewoning in de sociale sector

Stappenplan

De afbeelding Samenwerken aan nieuwe risicosignalen laat de verkenning van een nieuw risicosignaal zien. Dit proces bestaat uit verschillende stappen. Bij de verkenning van onrechtmatige bewoning zijn we nu aan het onderzoeken en beoordelen of het fenomeen datagedreven opgepakt kan worden. Als deze verkenning is afgerond gaan we naar de volgende fase, namelijk het ontwikkelen van een signaal. Dit signaal moet aan enkele voorwaarden voldoen: de twijfel over de adreskwaliteit is leidend en het signaal is - na een periode van proeven en pilots - landelijk implementeerbaar.

Deze visual laat zien hoe risicosignalen ontwikkeld worden

Heb je een idee voor verdere verkenning of heb je vragen? Neem contact met ons op via info@rvig.nl of bespreek het met je accountmanager.